Skip to main content
Iets stond hun relatie in de weg en zijn vrouw wilde daar aan werken. Een kennis had de basiscursus gevolgd bij instituut orshof, en hij was daar heel tevreden over. Daarom besloten simon van heek en zijn madeleine die ook te gaan doen. Samen gingen ze naar een open dag, en daar begreep simon hoe waardevol het is als ook hier als partners samen in het bootje stappen. dus kwam hij mee – uit solidariteit. In die basiscursus liep de 48-jarige simon, beleidsmedewerker en vrijetijdsschilder, keihard op tegen zijn eigen problemen en verkrampingen. Dat had hij niet verwacht.

simon instituut orshof belgie testimonial

Eigenlijk kwam ik voor haar

“Hoewel ik dacht voor mijn vrouw te komen, vond ik die basiscursus en ook de terugkomdagen zo verhelderend dat ik erop ben doorgegaan. Ik was diep geraakt en vond het mateloos interessant. Ik kwam dingen tegen van vroeger die ik intussen blijkbaar helemaal had weggestopt, zoals mijn nieuwsgierigheid naar levensvragen en de diepere zin van onze werkelijkheid. Waarom zijn we hier zijn, wat is de zin daarvan. Altijd al had ik het gevoel dat ik verbonden was met de ruimte om mij heen, mijn natuurbeleving was heel sterk. En toen werd bij Instituut Orshof mijn verbondenheid verder verduidelijkt. Ook de zingevende vragen van medecursisten hebben mij veel gebracht. Ik had daar al een positief basisgevoel over. Dat werd hier allemaal versterkt en uiteindelijk is uitgegroeid tot het een manier van leven.

Mijn leven is echt veranderd. Eerst al door het basisprogramma zelf, en daarna door het volgen van de Leergang Energetisch Manager, drie dagen per maand. Als ik nu in een nieuwe situatie de behoefte voel om even te resetten, dan ben ik weer terug op Instituut Orshof, op consult of in een of andere workshop die bij mijn probleem past. Ik denk hierbij aan vragen als hoe ik moet omgaan met mijn ex. Want wij kwamen weliswaar samen, maar we zijn inmiddels ruim vier jaar uit elkaar. Of hoe goed om te gaan met onze drie kinderen: de twee meisjes van 19 en 14 en de jongen van 10. De oudste studeert en woont op zichzelf. De middelste was in eerste instantie naar haar moeder vertrokken, maar heeft uiteindelijk toch besloten om bij mij te komen wonen. Onze zoon woont nu nog bij zijn moeder. Hij kan moeilijk voor zichzelf beslissen. Hij zit met een enorm loyaliteitsprobleem. Blijkbaar hebben wij hem als ouders kennelijk sterk geclaimd en wil hij ons ondersteunen, ons helpen om gelukkiger te worden.

Zijn moeder kan hem moeilijk missen. Eerst verweet ik haar dat. Inmiddels heb ik geleerd dat dit niet helpt, integendeel. En dat ik alleen mijn eigen aandeel kan en wil onderzoeken op Instituut Orshof. En ook hoe mijn ex op een bepaalde manier nog steeds via de kinderen macht over mij uitoefent. Terwijl ik antwoorden zoek op deze vragen, pik ik meteen ook allerlei andere dingen op die in de cursus voorbij komen. Dit geeft me een bredere kijk op het leven. En dat vind ik heerlijk.

Simon

Vader was de grote afwezige

Ik kom uit een Nederlands Hervormd gezin. Mijn vader is inmiddels 80, mijn moeder 75. Ik ben nummer 3 in een rij van vier kinderen – met een oudere zus, een

oudere broer en een jongere broer. Het systemisch werk bij Instituut Orshof heeft mij veel geholpen wat betreft de manier waarop ik naar mijn vader en moeder kijk. Voordat ik naar Orshof kwam, was ik gewend de goede dingen van mijn vader te accepteren en zijn slechte eigenschappen af te wijzen en te veroordelen. Door familieopstellingen kwam ik erachter dat zijn soms vervelende gedrag ook in mijzelf zit. Ik overerfde dat. Als kind kopieer je naadloos wat je meemaakt, vooral hoe je ouders zijn en hoe ze doen. Stom is dat, want zo lijden kinderen dubbel onder de verkrampingen van hun ouders. Maar zo werkt dat blijkbaar in families. Intussen accepteer ik nu zowel de goede als de minder goede eigenschappen van mijn vader. Ik kan hem daarin respecteren en eren, en mijn moeder ook. En bij hen laten wat van hen is. Voor mij is dat nieuw en dat geeft rust.

Vroeger had ik gevoelens rond mijn vader die ik met geen mogelijkheid kon uitspreken. Ik kon ze gewoon niet door mijn keel krijgen. Ik was boos op hem omdat hij mij absoluut niet zag toen ik klein was. Ik voelde me achtergesteld omdat hij wel mijn broer meenam, maar mij niet. Want ik moest thuisblijven. En dat is nog maar het topje van de ijsberg.

Zelfs toen ik in het Nederlands jeugdvolleybalteam speelde, kwam mijn vader nooit kijken. Hij hield niet van sporten, zei hij. Hij vond sporthallen vies. Mijn vader liet wel toe dat ik sportte, maar dat was ook alles. Of we nu kampioen werden van Nederland of niet, dat interesseerde hem geen bal. Hij moest eens weten hoeveel pijn mij dat heeft gedaan.

Geen tijd om kind te zijn

Mijn moeder hield wel van sporten. Ze heeft een keer tijdens een wedstrijd haar been gebroken. Mijn vader was boos dat zij was gaan sporten en hij weigerde haar op te halen uit het ziekenhuis. Dus heb ik dat maar gedaan – op mijn fiets. Toen was ik 14, 15 jaar. Voor het herstel daarna ging ik ook weer met mijn moeder naar de sportarts toe. Mijn vader zei: eigen schuld, dikke bult. Dus je lost het maar zelf op. Dat kwam hard aan, bij mij en bij mijn moeder. Ook daar heb ik nog altijd last van.

Mijn jeugd was niet gemakkelijk. Ik moest veel karweitjes opknappen en dat heeft heel wat van me geëist. Eigenlijk had ik daar helemaal geen zin in. Ik wilde liever buitenspelen en dan schreeuwde ik: ‘Ik wil het niet, ik doe het niet!’ Maar uiteindelijk ging ik met hangende pootjes naar huis om boodschappen te doen, ramen te zemen, aardappels te schillen en dat soort dingen. Ik vond het destijds heel vervelend, maar toen ik ouder werd had ik er minder moeite mee dat ik dat allemaal heb gedaan. Dat komt door de verdraagzame aanpak van de Orshof Methodiek, een aanpak zonder oordeel.

Simon Instituut Orshof

Alles overgeërfd

Laatst heb ik mijn relatie met mijn jongste kind systemisch uitgezet. Tot mijn verwondering zag ik dat mijn moeder in een vergelijkbare situatie gevangen zat. Zoals mijn zoon voor zijn moeder – mijn ex – zorgt, deed ik dat precies zo voor haar. Op haar beurt moest mijn moeder weer voor haar moeder zorgen en mijn oma weer voor haar moeder. Al vier generaties spelen wij blijkbaar dezelfde spelletjes. Ineens werd mij duidelijk dat wij in de familie systemisch gevangen zitten in een zorgsyndroom, dus zorgen voor een ander ten koste van jezelf.

Een ander patroon dat ik in opstellingen ontdekte, is een bepaalde hardheid in mijzelf, een zekere rechtlijnigheid. Dat is de dezelfde rechtlijnigheid die ik zo veroordeel in mijn vader. Die heeft van zijn vader zelf ook een harde en rechtlijnige opvoeding gehad. En mijn opa zelf werd met de riem opgevoed in een heel groot gezin met zestien kinderen. Sindsdien is de hardheid geleidelijk wat menselijker geworden, maar je ziet ze nog wel terug – ook bij mij. Intussen heb ik kunnen zien hoe ik naar mijn vader keek en ik heb hem beter leren invoelen. Pas later heb ik ook de liefde voor mijn vader weer kunnen voelen en bij hem kunnen laten wat ook hij maar geërfd en aangeleerd heeft.

Ik heb mijn ouders gemist

Ondanks alles draag ik mijn ouders een warm hart toe, al reken ik mijn vader dingen zwaarder aan dan mijn moeder. Met haar heb ik later een heel liefdevolle relatie gekregen. Ik was mijn moeders praatpaal waar het ging om zaken die ze niet met mijn vader deelde. Dus als ze van bridgen kwam, dan vertelde ze mij daarover. Ik snapte er geen biet van, maar ik was haar klankbord en dat vond ik toen best. Ze ging ook mee kijken naar mijn wedstrijden, ik denk omdat ze het zelf leuk vond. Zo leefde ik voor haar. Daarbij vond ik ook bij haar wel steun. Wat heb ik mij toch veel laten welgevallen, en dat allemaal om een beetje aandacht te krijgen.

Inmiddels heeft mijn vader een vorm van Parkinson, waardoor hij langzaamaan verstijft en steeds strammer wordt. Hij wordt ook vergeetachtiger. Mijn ouders hebben het nog steeds goed met zijn tweetjes. Ik kijk nu met meer zachtheid tegen hen aan, maar ik heb heel wat tranen moeten laten voordat het zo ver was. Mijn ouders hebben geen flauw idee wat ik allemaal heb geleden en doorgewerkt op Instituut Orshof. Ik kon ze gelukkig wel dingen vragen als: waarom deed je dat toen? Dan was het antwoord een excuus of een verklaring. Maar ik heb ze nooit gezegd dat ik ze heb gemist en wat ik daarbij heb gevoeld. Misschien kan ik ze nog een keer vertellen dat ik niet alleen schreeuwde dat ik geen boodschappen wilde doen, maar dat ik dat echt meende. En dat ik het dan toch voor hen deed. Ik hoef daar dan geen liefde voor terug te ontvangen, maar ik wil gewoon een keer die emoties bij hen uiten. Blijkbaar wil ik nog altijd dat ze me horen.

Op ontdekkingstocht

Er gebeurt zo ontzettend veel met je op Instituut Orshof. We zijn eens in het donker met tien man gekropen door een tot een labyrint omgebouwde aanhangwagen met allemaal vakken en nauwe gangetjes. Daar moest je weer uit zien te komen, terwijl je niet wist wat de goede richting was. Ik merkte dat daar kwaliteiten in mij naar boven kwamen, die ik nog niet had ontdekt. Mensen die in paniek raakten, begon ik gerust te stellen en ik nam ook de leiding. De bewustwording van deze leiderskwaliteiten hebben mij uiteindelijk ook wel veel gebracht in mijn carrière.

Ik heb ook drie of vier keer de vuurloop gedaan – heel bijzonder. Ik vond het een hele sensatie, zo zacht als die kooltjes van 700 tot 900 graden waren onder mijn voeten. Net een donzen deken. Na afloop was er helemaal niks aan de hand, het was allemaal prima. Toen we daarna feestelijk een glas champagne dronken op deze pakkende gebeurtenis, keek ik nog eens naar mijn voeten en ik zag allemaal zwarte plekjes. Toen ik mij bedacht dat dit wel eens brandplekjes zouden kunnen zijn, voelde ik meteen pijn opkomen. Al die tijd was ik bij mijn eigen gevoel van mijn lichaam gebleven en toen ik in het mentale schoot en ik ging denken dat 700 graden

toch brandwonden moest geven, voelde ik onmiddellijk brandende pijn. Dat vond ik een van de meest bijzondere dingen van de vuurloop: dat ik mij zo liet beetnemen door mijn gedachten. Wat gedachten en beelden toch kan doen. De macht van de suggestie. Enkele ogenblikken later toen ik dit doorzag, was alles weer normaal en was de pijn weg.

Nieuwe ervaringen

En dan het ijszwemmen in de vijver toen het vroor dat het kraakte. Er lag een dikke laag ijs op het water. We hakten er twee gaten in: één vlakbij de steiger en één zo’n anderhalve meter verderop. Het was een hele uitdaging om onder dat ijs door te zwemmen naar dat andere gat. Ik vond het heel spannend.

Nog een andere speciale ervaring had ik in het moeras. Op een gegeven moment gingen we een moeras doorkruisen en ik zou als laatste starten. Ik voelde mij altijd heel erg verantwoordelijk voor het welslagen en het geluk van de ander en vanuit mijn zorgsyndroom dacht ik: ik ben hier opgesteld als bezemwagen, wie ik nog tegenkom die help ik en die sleur ik mee vooruit. Maar toen ik eindelijk van start ging, zei mij begeleidster: je mag nu helemaal voor jezelf gaan en voor niemand anders. Dat gaf mij zo’n energiestoot, dat ik zo ongeveer door dat moeras heen vloog. Ik ben er helemaal op mezelf lekker doorheen gebaggerd. Niemand geholpen onderweg, voor het eerst was er alleen maar ik. Ik alleen voor mijzelf kunnen gaan, en voor het eerst van mijn leven eindelijk eens ik voor mijzelf nummer één kunnen zijn. Ik kwam als eerste weer uit dat modderbad. Het was gewoon heerlijk, zonder die zorglast.

Orshof familieweekend

Ik was ook leider van jeugdkampen bij Instituut Orshof. We waren eens met twintig kinderen van 7 tot 15 jaar en zes leiders en kookmoeders. En natuurlijk ging er van alles mis, maar we hebben een geweldig kamp gehad. Het heeft mij heel veel positiefs gebracht: het teamwork met de andere leiders, het opvangen van tegenslagen en het creatief omgaan met de dingen zoals ze zich voordeden. Ook de kinderen vonden daar goed hun draai, al kwamen ze binnen met allemaal eigen egootjes en wat dat allemaal meebrengt. Al gauw werd dat een leuke groep. Afwassen was een feest, daar maakten we gewoon een spelletje van.’s Avonds zaten we rond het kampvuur en bevroegen ervaringen, waardoor er ook emoties loskwamen bij die kinderen. Niet zwaar, vaak heel luchtig. Het verliep sereen en respectvol, ook bij de kinderen onderling – dat vond ik zo mooi. Doordat de sfeer bij de leiding goed was, was de sfeer onder de kinderen ook goed – zo zie ik dat achteraf. Het was net één groot gezin, één energetische familie. Ook dat behoort tot het bijzondere van de Orshof Methodiek.

Met mijn oudste dochter ben ik eens op familieweekend geweest op Instituut Orshof. Zij kon maar steeds geen vriendschappen sluiten, ze was een Einzelgänger op school. Nog geen week na het familieweekend had ze drie vriendinnen, met wie ze nu nog contact heeft. De Orshof aanpak heeft haar blijkbaar de ruimte gegeven om voor zichzelf te gaan staan en zich te bevrijden van het dragen van de last van haar ouders mee te dragen. En toen kon zijn zich verbinden met vriendinnen. Zoiets zou ik ook graag willen voor mijn jongste zoon.

Mijn leven werd lichter

De Orshof Methodiek is voor mij een manier van leven geworden. Ik heb zo veel inzicht gekregen in hoe ik functioneer, dat dit niet meer valt terug te draaien. Dat zou ik ook niet willen, want de Orshof Methodiek is een onderdeel van mijn leven. Ivo Van Orshoven heeft mij de instrumenten gegeven waarmee ik er als deelnemer achter kwam hoe ik functioneer. Hij heeft mij leren ervaren wat het is om te zijn wie ik ben. Als persoon, en ook in relatie tot de ruimte om mij heen, het universum, het spirituele. Die verbindingen vind ik zo mooi. Ik ben altijd een heel fysiek mens geweest. Mijn sensitiviteit bestaat dan ook vooral uit wat mijn lijf voelt, wat het opneemt. Ik ben steeds meer gaan vertrouwen op die intuïtie, dat onderbuikgevoel. Dat voelt goed. En dat allemaal maakt mijn stijl van managen op het werk licht en efficiënt.”

Wij leren onze klanten in het centrum van hun eigen leven te staan. Dit doen wij door het geven van heldere inzichten en praktische, ervaringsgerichte oefeningen tijdens workshops, cursussen en consulten.

Neem contact op